De liturgie wordt voor het grootste gedeelte gezongen volgens een eeuwenlange traditie van de Romeinse Kerk: het gregoriaans.

Deze eenstemmige Latijnse gezangen, normaal gesproken zonder orgelbegeleiding uitgevoerd, zijn in de vroege middeleeuwen gecomponeerd. Onder meer in de abdij van Solesmes (Frankrijk) – de oorsprong van de "congregatie" waartoe de abdij Sint Benedictusberg behoort – wordt sinds het midden van de negentiende eeuw onderzoek verricht om zo veel mogelijk tot de authentieke gestalte en uitvoering van de gregoriaanse melodieën te komen.

Het gregoriaans ligt niet gemakkelijk in het gehoor voor 'moderne' oren. Het is gebaseerd op de harmonie tussen de melodieën en de Bijbelse teksten (in de Latijnse vertaling) die ermee worden vertolkt. Het gregoriaans omvat vele eeuwen van muziekgeschiedenis. Door deze teksten te zingen in onze tijd, zoals zoveel anderen het vóór ons eeuwen lang deden, wordt het een gebed van alle tijden. Een stukje eeuwigheid in het nu.